Opbaren
Opbaren is letterlijk het 'op een baar leggen' van een overledene. Het maakt vaak deel uit van het afscheidsritueel rond het overlijden. Het opbaren kan gebeuren in het huis van de overledene maar ook bijvoorbeeld in een uitvaartcentrum.
Na de laatste verzorging, wordt het lichaam zodanig neergelegd dat nabestaanden afscheid kunnen nemen van de overledene. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van een bed of een opbaarplateau, maar de overledene kan ook in een kist gelegd worden.
Om het lichaam tijdens de periode van het opbaren, dus vanaf het overlijden tot aan de uitvaart, in goede conditie te houden zodat het toonbaar blijft, kunnen verschillende maatregelen worden genomen.
Zo wordt het vaak gekoeld. Het meest effectief gebeurt dat in een koelcel en dat wordt vaak gedaan gedurende de uren dat het lichaam niet opgebaard hoeft te zijn, bijvoorbeeld gedurende de nacht. Om het lichaam ook te koelen terwijl het opgebaard is, kunnen koelmatjes of een koelplaat onder het lichaam worden gelegd. Dat kan zowel in een bed als in een kist.
Een andere methode om het lichaam tijdelijk te conserveren is thanatopraxie, ook wel lichte balseming genoemd. Dit is een behandeling die het ontbindingsproces tijdelijk vertraagt. Bij thanatopraxie wordt het lichaam voor enkele dagen geconserveerd, met een uitloop tot tien dagen na het overlijden. Het is daardoor niet meer nodig om de overledene te koelen. Belangrijkste reden voor thanatopraxie is voor nabestaanden het cosmetisch effect; de natuurlijke gelaatskleur van de overledene komt nagenoeg volledig terug. Een ander bijkomend voordeel is dat het lichaam bij warm weer zonder een koelelement (thuis) kan worden opgebaard.